Huiver voor bevrijdingspastoraat (uit News4all) |
door Janneke Schuurman |
Friday, 4 April 2008 |
Vragen over bevrijdingspastoraat - het uitdrijven van demonen - dringen steeds meer door in de gereformeerde kerken. Vandaag werd aan de Theologische Universiteit Kampen (vrijgemaakt) een poging gedaan tot een bijbels verantwoorde visie en praktijk te komen. De laatste jaren neemt de aandacht voor demonen en demonische gebondenheid toe. Volgens sommigen onder invloed van de charismatische beweging, anderen zien het als een symptoom van de nieuwe aandacht voor spiritualiteit en bovennatuurlijke zaken in de samenleving. Onder invloed van het Verlichtingsdenken verdween de concrete en tastbare duivel uit onze cultuur, ook uit veel kerken. “Toen men begon aan de grote schoonmaak in de theologie, was het meest onvoorstelbare de duivel en demonen. Dus werden ze metaforen, symbolen”, zei dr. Ton van der Hoeven, die in 1998 promoveerde op het symbool van de duivel in de moderne cultuur, tijdens het congres Drijf demonen uit!? “We zitten nu in een cultuurfase waarin weer meer ruimte is voor het ongrijpbare, het spirituele. Het is niet vreemd dat in die context meer ruimte komt voor bevrijdingspastoraat.” Hervormden en gereformeerden hebben aan de evangelicalen te danken dat weer wordt nagedacht over de vraag of er niet teveel overboord is gegooid, zei hij. Anderzijds is men in evangelische kring soms zo bezig met het demonische, dat het gevaarlijk kan worden. “Dan ga je weer terug naar een soort paranoïde universum.” Occultisme Dr. Mart Jan Paul, hervormd predikant en docent aan de Christelijke Hogeschool Ede, zag de oorzaak van de groei van het bevrijdingspastoraat niet zozeer in de evangelische beweging. Hij wees op de groei van het aantal priesters in Rome dat zich bezighoudt met bevrijdingspastoraat. Hun aantal steeg van 20 in 1986, tot 350 vorig jaar. “Meer dan 100.000 mensen rekenen zich in Italië tot de satanskerk. In 2005 is een nieuw lesonderdeel over exorcisme geïntroduceerd op de Pauselijke Universiteit." De noodzaak van bevrijdingspastoraat hangt volgens hem samen met de opkomst van occultisme en satanisme. Niet met fundamentalisme en evangelicalisme. Ook Paul wees op de gevaren van bevrijdingspastoraat. “Doof of stom zijn kan veroorzaakt worden door demonische machten. Ik heb meegemaakt dat iemand werd bevrijd van kleurenblindheid. Maar dat wil niet zeggen dat kleurenblindheid altijd een demonische oorzaak heeft. Het demonische kán wel bestaande ziektebeelden gebruiken.” Overal demonen zien Gerard Krielaart, sinds enige tijd betrokken bij het bevrijdingspastoraat in de baptistengemeente Bethel in Drachten, erkende dat hij vroeger “overal demonen zag” en dat er in het bevrijdingspastoraat fouten werden gemaakt. Maar dat was 25 jaar geleden, kort nadat hij zelf bevrijd werd van demonische gebondenheid, zei hij. “Toen was er niet voldoende kennis aanwezig.” Hij beschreef onder meer hoe een Surinaamse man die als kind werd opgedragen aan Winti-geesten, werd bevrijd van zijn buitensporige agressie. Die verdween nadat de Winti-geest was uitgedreven. Voorafgaand aan zo’n sessie wordt uitgebreid met mensen gesproken, om na te gaan of er niet een psychiatrische oorzaak is. Zijn huidige gemeente Bethel werkt samen met christelijke psychiaters en psychologen. “Als een psychiater bijvoorbeeld denkt dat een aspect van depressiviteit een demonisch aspect is, bidden wij voor dat deel van de depressie.” Borderline Prof. dr. Gerrit Glas, werkzaam als psychiater bij De Zwolse Poort, een instelling voor geestelijke gezondheidszorg, hield een pleidooi voor een open wereldbeeld waarin ook plaats is voor het bovennatuurlijke. “Christelijke wetenschappers zijn vatbaar voor het materialistische wereldbeeld. Onze uitdaging is om integraler te denken.” Hij zei zelf te hebben ervaren hoe iemand door gebed rust kreeg na een leven van angst en zelfdestructieve gedachten. Maar hij liet weinig heel van de exorcistische praktijken die in sommige religieuze groepen voorkomen. Mensen met stoornissen zoals borderline, zouden buiten het bevrijdingspastoraat moeten blijven en in de psychiatrie behandeld moeten worden. Hij wees ook op tegenstrijdige boodschappen die vaak worden uitgezonden: iemand moet eerst vergeving vragen voor de zonde die heeft geleid tot de demonische gebondenheid. Maar je bent in feite niet schuldig, want je bent in de ban van demonen. En als bevrijding dan niet lukt, “ligt het aan een klein geloof.” Ingebeelde schuld Volgens Glas gedijt kwaad in een situatie van ingebeelde schuld of het gevecht daartegen. “Meestal gaat het om schuldgevoelens over bijzonder kleinmenselijke zaken, die worden gezien door de bril van anderen. Schuldgevoel heeft weinig te maken met echte schuld, onze eigenlijke schuld gaat ons verstand te boven.” Hij zei het stuitend te vinden dat healers menen het kwaad zo concreet te kunnen aanwijzen. “Vanwaar die drang om het kwaad in hapklare brokken voor te stellen? Heeft het iets te maken met het uitleven van reddersbehoeften? Dat gevaar bestaat zowel voor pastores als voor psychotherapeuten.” De neiging tot concretiseren past in deze tijd, zei Glas. Er is behoefte aan onmiddellijkheid en beschikbaarheid. “God moet direct ervaren kunnen worden en voor het Kwaad geldt hetzelfde. Dat is een beperking van het rijke palet dat de bijbel van het kwaad schetst. Waar blijft de verwondering, de echte ontvankelijkheid en het echte luisteren?” Hij vroeg zich af of we wel in staat zijn in de geestelijke wereld te interveniëren. “Is God van ons afhankelijk? Waarom zou Hij niet in actie komen bij een eenvoudig gebed om genezing? Waarom pas als wij het kwaad concreet hebben benoemd?” Hij zette ook vraagtekens bij de professionaliteit van bevrijdingspastores, die - zo was hem verteld - slechts een opleiding krijgen van een paar maanden. Op grond daarvan is het moeilijk de juiste diagnoses te stellen. “Welke vragen worden aan mensen gesteld, wie stelt ze, en wie interpreteert de antwoorden? Het gaat vaak om mensen die aan de rand van de psychiatrie verkeren en een ingewikkelde geschiedenis hebben.” Pasen Dr. Peter van de Kamp, onder meer docent diaconiek aan de Theologische Universiteit Kampen (vrijgemaakt), vroeg zich af of de duivel niet teveel eer krijgt in het bevrijdingspastoraat. “De bijbel laat zien dat Christus de machten van de duisternis onttroond heeft. Ze zijn met Goede Vrijdag en Pasen overwonnen, na Hemelvaart zijn we in een nieuwe fase beland, de laatste dagen. Ik zeg niet dat bevrijdingsrituelen door Jezus destijds geen betekenis hebben voor nu. Maar moeten we ze één op één kopiëren? Ik bagatelliseer de resterende kracht van het kwaad niet, maar vraag me af of het in de praktijk van het bevrijdingspastoraat theologisch niet meer verantwoord is om de bevrijding van demonische gebondenheid in handen van Christus te leggen.” Van de Kamp pleitte ervoor om bevrijding een plaats te blijven geven in pastoraal gebed. “Daar kun je eventueel nog een christen bij betrekken, maar dat is iets anders dan een bevrijdingsteam.” (News4all) Reactie 31 december 2010 God is waarheid. Jezus zegt: Ik ben de Waarheid. Waarheid is God, God is Waarheid. Waarheid is Gods Woord. Deze waarheid is dus niet hetzelfde als onze eigen waarheid. We zijn allen zondige mensen die vergeving nodig hebben. Jezus is het Woord, het Woord is vlees geworden. Er is geen scheiding tussen Jezus en de Waarheid, dus Gods Woord. Voor mensen die op grens tussen een neurose en een psychose leven, mensen met borderline is het soms moeilijk om in de Waarheid te blijven. Een klein meningsverschil kan al een enorme woedeaanval uitlokken. Mensen in hun omgeving geven hen maar gelijk om geen conflict aan te gaan. Borderliners voelen zich afgewezen door God. Er zijn mensen die zeggen dat er geen waarheid is en dat iedereen zijn eigen waarheid heeft. Dit is zo iets als zeggen dat God niet bestaat en dat je geen vergeving nodig hebt. Vergeving veronderstelt dat je ook jezelf onder ogen durft te zien. Mensen met borderline hebben de neiging anderen de schuld te geven van hun eigen gedrag . Ze hebben de neiging zichzelf als volmaakt te willen zien en hebben dus geen vergeving nodig, dus ook Jezus niet nodig, denken ze. Mensen die hen willen helpen zien hen vaak echt als slachtoffer en maken het meestal nog erger. Bevrijden betekent dan iemand anders de schuld te geven van het eigen rotgevoel. Bevrijden betekent dan pas echt gevangen zitten. Als je een ander verantwoordelijk stelt voor het eigen gevoel, valt er ook niets op te lossen en dus ook niets te bevrijden. Wat een borderliner ervaart als bevrijding is niets anders dan een verlossing van het eigen schuld gevoel, door de ander verantwoordelijk te stellen voor het eigen gedrag. Op die manier kan een borderliner zonder enig schuldgevoel overspel plegen. De nieuwe partner is dan de bevrijder. De eigen partner is dan datgene, dus diegene waar het gebed hem of haar van moet bevrijden. Eénmaal bevrijd, kan hij of zij zich zonder enig schuldgevoel overgeven aan overspel. Ik feite splits iemand en dient gebed hierbij. De gevoelens nemen het over en nemen een loop met hem of haar. Mensen in de omgeving noemen dat je hart volgen. Het lijkt allemaal heel gelovig. God 'bevrijd' van man of vrouw: Scheiding wordt dus onvermijdelijk. Sommige christenen praten dit goed en zeggen dat dit maar het beste is. De kinderen worden de dupe. Ik ben het eens dat je bij mensen met borderline geen bevrijdingspastoraat moet toepassen. De kans op dissociatie is erg groot en daarmee de kans op overspel en echtscheiding met alle nadelige gevolgen voor eventuele kinderen. Dus het advies zou moeten zijn: Geen bevrijdingspastoraat als er ook maar een vermoeden van borderline is. Schrijf niet van alles aan de duivel toe (Bron Ned. Dagblad: auteur Els Nannen)Volgens bevrijdingspastor Wilkin van de Kamp geef je, als je in een zonde blijft, de duivel het recht jou als christen te belasten. Ook meent hij dat er sprake is van demonische gebondenheid door generatievloeken. Maar noch het een, noch het ander doet recht aan de Schrift.Voorganger Wilkin van de Kamp stelde in een interview naar aanleiding van een conferentie over bevrijdingspastoraat (ZoZ 24 november): ,,Als je in een zonde blijft, geef je de duivel het recht jou als christen te belasten. In de Bijbel staat echter nergens dat gevallen engelen ‘rechten’ hebben (Grieks: exousia; bevoegdheid, volmacht)! Een recht of bevoegdheid moet hun onder Gods toelating gegeven worden, zoals bij Job om zijn volharding te testen (Job 2:6). De duivel kreeg kortstondige en beperkte bevoegdheid om de Here Jezus te beproeven (Matteüs 4:1). De Here zei tegen de Hem vijandige overpriesters en oudsten vlak voor Zijn kruisdood: ,,Dit is uw ure en de bevoegdheid (exousia) van de duisternis” (Lucas 22:53). De satan had geen ‘recht’ om de discipelen ‘te ziften als de tarwe’. Hij moest daarvoor eerst Gods toestemming vragen – ook ten aanzien van Petrus, bij wie de innerlijke afwijzing van het lijden en de kruisdood van de Here Jezus al eens aan het licht gekomen was (Matteüs 16:21-23; Lucas 22:31-32). God stond het toe om Petrus tot diepere zelfkennis te brengen en de kracht van Christus’ voorbede in de verzoeking te doen ervaren. Met die doorleefde kennis werd hij toegerust om medegelovigen te versterken die in een soortelijke situatie terecht zouden komen. De NBG-vertaling ‘Geef de duivel geen voet’ (Efeze 4:27) kan tot misverstand leiden. Het Griekse woord topos betekent echter: plaats, ruimte, gelegenheid (vgl. Romeinen 12:19) – niet: voet. Daarom: ,,Geef de duivel geen ruimte’’ (Statenvertaling) bijvoorbeeld om in een van de in Efeze 4:17vv genoemde zonden te volharden of deze niet voor God te belijden. Van een ‘recht’ van de duivel om een gelovige (satanisch of demonisch) te belasten is geen sprake. De duivel zal zich wel geëerd voelen door christenen, die hem onrechtmatig een ‘recht’ toeschrijven, zijn leugen geloven en verbreiden. Generatievloeken Een andere buitenbijbelse lering betreft ‘demonische gebondenheid’ door generatievloeken. Wilkin van de Kamp verwees naar het Oude Testament (Leviticus 26; Exodus 20). In Leviticus 26 worden het volk Israël opnieuw alle (aardse) zegeningen bij gehoorzaamheid aan de wet van Mozes voorgehouden en de vloek in geval van ongehoorzaamheid. Het slot luidt: ,,Dit zijn de inzettingen en verordeningen en wetten die de Here gegeven heeft tussen Zich en de Israëlieten op de berg Sinaï door de dienst van Mozes’’ (Leviticus 26:46). De schrijver van de Hebreeënbrief zegt, aanknopend bij Gods belofte: ,, ... een nieuw verbond ... niet zoals het verbond dat Ik met hun vaderen maakte ten dage dat Ik hen bij de hand nam om hen uit het land Egypte te leiden ... Als Hij spreekt van een nieuw verbond, heeft Hij daarmee het eerste oud gemaakt; wat nu oud gemaakt is en verouderd, is nabij te verdwijnen’’ (Jeremia 31:31-34; Hebreeën 8:6-13). Jezus Christus is de vervulling van Gods belofte: ,,Deze beker is het nieuwe verbond in Mijn bloed dat voor u uitgegoten wordt.’’ (Lucas 22:20). Zegen en vloek Gevolgen daarvan zijn o.a.: Israëls (aardse) zegeningen bij gehoorzaamheid aan Mozes’ wet onder het oude verbond worden voor Christus’ gemeente onder het nieuwe verbond niet herhaald. God heeft alle geestelijke (!) zegeningen in Zijn Zoon besloten. De vloek op Israël onder het oude verbond bij overtreding van de wet van Mozes wordt voor Christus’ gemeente onder het nieuwe verbond niet herhaald, evenmin Gods bezoeking van Israël tot in de derde of vierde generatie (Exodus 20:5).Nu wordt niet alleen deze heilshistorische achtergrond genegeerd, maar ook ‘die Mij haten’ (Exodus 20:5) weggelaten. Welk kind van God ‘haat’ zijn hemelse Vader? De ‘ongerechtigheid’ der vaderen wordt gewijzigd in (vooral) occulte zonden en daaraan wordt toegevoegd, bijvoorbeeld ‘toverij’ (Wilkin van de Kamp in het interview). Het gaat echter om afgoderij met beeldendienst, waarmee het volk God, zijn Verlosser, ‘krenkte’ en Gods ‘verbond brak’ (Leviticus 26:15).Grondige studie van de relevante Bijbelplaatsen levert niet eens bewijs op voor een ‘demonische belasting’ van het oude volk Israël bij volharding in een zonde, ook niet vanwege de zonde van afgoderij met beeldendienst, laat staan van exorcisme door priesters of profeten. ‘Zich niet laten gezeggen’ en ‘hebzucht’ worden op één lijn gesteld met de zonde van afgoderij (1 Samuel 15:23; Kolossenzen 3:5). Zonden moeten voor God beleden worden – niet uitgedreven (1 Johannes 1:9).Waarschuwt de Bijbel ons niet ernstig voor de consequentie van ieder toevoegen aan en afdoen van Gods Woord (Spreuken 30:6)? sept: 2008 Mail: maart 2011 Als beheerder van een website voor slachtoffers van misbruik door hulpverleners heb ik uw site en deze pagina met interesse gelezen. Ik ben ervan overtuigd dat deze stichting sektarisch is. Ik geloof wel in bevrijdingspastoraat; als ervaringsdeskundige heb ik zelf een positieve ervaring met een bevrijdingsgebed. Belangrijk element bij mijn bevrijding was dat er een vertrouwensband was tussen mij en de pastorale helpers die voor mij gingen bidden. Ik ben lid van een baptistische gemeente en voor hen was dit ook nieuw en onwennig. Maar men is heel bescheiden en afwachtend het gebed ingegaan en heeft niets afgedwongen. Ook is er op geen enkele manier druk gelegd op het ‘resultaat’ en herken ik niets in de verhalen hier. Dat heeft ook te maken met het feit dat deze pastorale leden van de kerk ( inclusief de voorganger) geen enkele rol van psycholoog of psychiater op zich namen. Ik had gewoon daarnaast mijn therapie bij een neutrale en gespecialiseerde hulpverlener. Ik ben ervan overtuigd dat het aangaan van ernstige psychische problematiek een taak is van een professionele hulpverlener en niet van het pastoraat. Dat laatste mag slechts gericht zijn op het geloof en op de relatie tussen jou en God. Dit geldt uiteraard niet voor een christen-psycholoog met de juiste papieren. Helaas krijg ik ook hulpvragen van personen die slachtoffer zijn geworden van wanpraktijken binnen kerkgemeenschappen en door pastorale werkers. De psychologische en geloofsschade is immens groot en het maakt heel veel kapot. Pastorale werkers zouden hun grenzen moeten leren kennen en het zou niet slecht zijn als hiervoor eens een beroepscode wordt opgesteld. Naam bekend |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten