Hoeveel mensen keken vóór u

woensdag, maart 30, 2011

Blind houden

Voorgangers, dominees, imams en pastoors laten bewust stukken weg uit de koran of de bijbel

Hebt u wel eens een dienst meegemaakt waarbij de dominee of pastoor echt uit de bijbel voorleest?. Misschien wel. U hebt dan misschien gezien dat hij het Bijbelboek opensloeg op de plaats waar hij een bladwijzer had neergelegd. Natuurlijk. Hij had eerst gezocht naar de voor u geschikte tekst. Die tekst koos hij uit, omdat het paste bij het thema van de week, of, omdat het paste bij wat hij u wilde zeggen. Elke zondag (of zaterdag) maken mensen dit in de christelijke kerken, maar ook in de moskees, mee. De voorganger die leest uit het woord van God. Er zijn er dan maar weinig die zich afvragen waarom de voorganger dit nu precies dit stukje aanhaalt en er een hele preek aan ophangt. Waarom niet zomaar een willekeurige tekst. Waarom niet alle teksten in een echte volgorde behandelen.
Er zijn twee soorten gelovigen die naar de kerk of moskee komen. De eerste groep bestaat uit mensen die de bijbel daadwerkelijk lezen en soms kennen. Veel gaan ervan uit dat het woord van God in de bijbel of de koran, waar is. Het boek is waarheid van kaft tot kaft. Laten we dit groep 1 noemen. Dan is er nog een groep gelovigen. Die lezen de bijbel of koran niet, of nauwelijks. Ze kennen het boek niet.  Ze laten zich aanleunen wat zondags wordt voorgelezen. Zo hebben ze het geleerd. Wat er gezegd wordt, als waarheid aannemen. Laten we dit groep 2 noemen.
Groep 1 bestudeert het woord van God. Soms alleen door lezen. Soms ook door iets te stellen en dat dan weer op te zoeken in het boek. Dat wat gesteld wordt is nooit iets nieuws, maar meestal een gegeven dat zij uit hun opvoeding en de verhalen die hun vertelt zijn, meenemen en, via lezen van het boek, opnieuw ter discussie stellen. In feite hebben zij hun antwoord al lang in hun hoofd  geformuleerd. Het enige dat zij nog doen is weer eens in het boek zoeken of het echte waarheid is. Een voorbeeld. Deze groep is bijvoorbeeld van mening dat Jezus “De Vrede” kwam brengen. Zij doorzoeken de bijbel dan op bekende teksten en vinden in  Matheus 26:52 het antwoord. Jezus zegt hier: “Toen zeide Jezus tot hem: Keer uw zwaard weder in zijn plaats; want allen, die het zwaard nemen, zullen door het zwaard vergaan”. Zie je wel, zeggen ze dan. Jezus brengt de vrede en ze zijn met die bevinding weer gesterkt in wat ze in feite al dachten te weten. Ze lezen niet verder. Het punt is al gemaakt. Voor de enkeling die dat wel doet, de christelijke die hard Bijbelkenner, komt dan de tekst uit Matheus 10:35-36: “Want Ik ben gekomen, om den mens tweedrachtig te maken tegen zijn vader, en de dochter tegen haar moeder, en de schoondochter tegen haar schoonmoeder. En zij zullen des mensen vijanden worden, die zijn huisgenoten zijn.”. Thats different koek. Maar groep 1 neemt dan het eerst gevondene letterlijk en geeft het tweede stukje dat werd gevonden een symbolische inhoud. Zo rationaliseren ze volop, naar de oude ingegoten waarheid: “Jezus is vrede”.  Matheus 10:34 “Meent niet, dat Ik gekomen ben, om vrede te brengen op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard.” Wordt daarom als symbolisch gezien. Jezus bedoelt hier “Het Woord” zeggen ze dan.
Voor groep 2 ligt het anders. Die zoekt niet in de bijbel naar teksten, maar neemt simpelweg aan dat alles wat ingegoten is of gesproken in de kerk, de waarheid is. Groep 2 gaat niet in discussie. God bestaat en het is zo als de voorganger zegt. Groep 2 kent de bijbel of de koran vaak niet maar heeft het geloof van “horen zeggen. Dit bekent dat indien het gaat om kennis van het geschreven woord, slechts teksten worden gekend die zijn blijven hangen. Veel in de opvoeding of tekst regelmatig geciteerde zinnen, zijn (deels) beschadigd in het geheugen blijven hangen. Groep 2 is onder de indruk van de sfeer waarin de woorden werden gebracht. Veelal is dit een bestraffende, belerende sfeer. Groep 2 bestaat dan ook uit blinde volgers. Discussie helpt niet. Alles wat zij zich menen te herinneren, is waar.
Voorgangers, dominees, pastoors en imams, zijn blij met gelovigen uit groep 1 en groep 2. Mocht er eens een keer iemand zijn, die de woorden van zijn voorzegger in twijfel wil trekken, dan gebeurd dat altijd in een situatie waarin de voorzegger al op een voetstuk staat en (bijna) altijd gelijk heeft. Niks aan de hand dus. Het meest erge dat kan gebeuren is, dat het meningsverschil zich toespitst op de interpretatie van één bepaalde tekst en vervolgens zorgt voor een scheuring in die bepaalde gelovigengemeenschap. Dat is vaak het geval. Niet voor niets zijn er zoveel soorten protestants-christelijke geloofsgemeenschappen en niet voor niets bestaat er zoveel, op zichzelf staande, evangelische kerken. Die laatste worden ook vaak gesticht omdat de een of andere christelijke goeroe meent dat je aan het stichten van een kerk een goede boterham kunt overhouden.
Hoe dan ook. Als voorganger lees je dus niet alles voor wat in de bijbel staat. Dank je de koekoek. Dat zou niet goed zijn. Want hoe verkoop je het mensen als je zegt dat de Heere meent dat je alle heidenen moet doden. Zie (Deuteronomium 20:16-17) waarin staat: “Maar van de steden dezer volken, die u de HEERE, uw God, ten erve geeft, zult gij niets laten leven, dat adem heeft.”. Ik zie de schare gelovigen niet rondtrekken om mens en dier in de steden uit te roeien. Zoiets kun je als voorganger ook niet aan je schare verkopen. En wat zeker niet verkoopbaar is, is dat God zelf het kwaad in de wereld bracht. Lees bv. Jesaja 45.7 “Ik formeer het licht, en schep de duisternis; Ik maak den vrede en schep het kwaad, Ik, de HEERE, doe al deze dingen.”. Wat heb je aan een God die het kwaad schept en er jou vervolgens op afrekent. Wanneer de voorganger 1 Samuel 16:14 voorleest, zal hij moeten vertellen dat God een boze geest is. Immers er staat: “En de Geest des HEEREN week van Saul; en een boze geest van den HEERE verschrikte hem.”. Gelovigen zouden zich rot schrikken. Deutremonium 28:53 roept zelfs op tot kannibalisme. “En gij zult eten de vrucht uws buiks, het vlees uwer zonen en uwer dochteren, die u de HEERE, uw God, gegeven zal hebben”. Gelovigen zouden een voorganger die oproept dit uit te voeren, voor gek verklaren.
 
Zou een voorganger uit de bijbel en koran, de wreedheden voorlezen, dan zou de kerk of de moskee leeglopen. (zie numerie 31:17 Nu dan, doodt al wat mannelijk is onder de kinderkens; en doodt alle vrouw, die door bijligging des mans een man bekend heeft. Doch al de kinderen van vrouwelijk geslacht, die de bijligging des mans niet bekend hebben, laat voor ulieden leven.”
Kortom, het is niet de bedoeling dat we de bijbel of koran in het geheel kennen en doorgronden. Daarom zullen de mensen die ons voorgaan, slechts passende teksten zoeken. Zo passend dat er over de waarheid van het geloof dat wordt verkondigt, geen discussie ontstaat.

zaterdag, maart 26, 2011

Fictieboeken

Fictieboeken big bussiness


Uit Ref. Dagblad (18-03-11)

APELDOORN – Fictie of non-fictie, dat doet er niet toe. Als het boek maar gaat over de eindtijd. De ontwikkelingen in het Midden-Oosten en de ramp in Japan jagen de verkoop van boeken over het naderend wereldeinde aan. „Armageddon is goed voor de handel.”

De Amerikaanse uitgave van de serie ”De laatste bazuin” van Tim LaHaye dreigde al richting de ramsj te gaan. Dat kon ook wel. Wereldwijd zijn al 65 miljoen exemplaren van deze dertiendelige serie over de eindtijd verkocht. Schrijver en uitgever kunnen dus tevreden zijn.
In verband met de omwenteling in de Arabische en de Noord-Afrikaanse wereld heeft Tyndale House in Chicago in allerijl de verkoop van de restanten aan een boekenstunter afgeblazen. Er valt weer geld te verdienen aan ”De laatste bazuin”. Een herdruk van 20.000 boeken wordt overwogen.
„Boeken over de eindtijd zijn nu big business”, zegt Rick Muskin van uitgeverij Tyndale House. In het fictieverhaal van Tim LaHaye komt zowel de eindstrijd als de wederkomst uitgebreid aan de orde. „Nu de veranderingen in de Arabische wereld elkaar zo snel opvolgen en de positie van het volk Israël steeds moeilijker wordt, groeit het besef dat de wederkomst van Jezus Christus heel dichtbij is. Vandaar die belangstelling voor deze boeken over het laatste der dagen.”
Niet alleen lectuur over het aanstaande wereldeinde, ook over de islam als de antichrist, over de gevaren van het moslimgeloof en analyses van de politieke situatie in het Midden-Oosten liggen momenteel goed in de markt. „Opvallend is dat veel evangelicals vooral belangstelling hebben voor de ontwikkelingen in het Midden-Oosten”, zegt de anglicist en schrijver Daniel Wojcik van de universiteit van Oregon. „Natuurlijk vinden deze mensen de ramp in Japan verschrikkelijk. Maar voor veel evangelicale christenen in Amerika blijft Jeruzalem het middelpunt van de wereld. Voor hen is bepalend voor de wereldgeschiedenis hetgeen er met de Joden gebeurt.”
Wojcik noemt die aandacht voor de wederkomst niet uniek. Ook na de aanslagen van 11 september 2001 en na de bankencrisis van enkele jaren geleden was er een plotselinge piek in de verkoopcijfers van apocalyptische lectuur. De prediker John Hagee uit Austin (Texas) bracht naar aanleiding van de crash in de financiële wereld een cd uit met de titel ”Het financiële Armageddon” op de markt. „Zijn boodschap was heel duidelijk: de ineenstorting van de geldmarkten is een teken van het naderend wereldeinde”, zegt Wojcik. „Zo zijn er enkele jaren daarvoor meters boeken verschenen over de terreuraanslagen als voorboden van Christus’ komst.”
Zelf doet Wojcik al jaren onderzoek naar de beleving van de eindtijdverwachting bij christenen. Hij noemt het opvallend dat in 1989, toen de communistische wereld ineenstortte, beduidend minder boeken over het wereldeinde op de markt kwamen dan nu. „Ook toen beleefden we historische tijden. De Koude Oorlog was plotseling voorbij. Maar het epicentrum van die politieke aardverschuiving was niet Jeruzalem. Die stad komt nu veel meer in beeld.”
Ook allerlei studiemateriaal over de apocalyptische Bijbelgedeelten vindt momenteel gretig aftrek. „Dat is natuurlijk eindeloos”, zegt een woordvoerder van het Billy Graham Center. „Iedere theoloog heeft zijn eigen opvatting en methode.” Dat leidt soms tot opvallende dingen. Zo ontwierp een voorganger uit Houston een studiepakket voor de laatste honderd dagen van de wereld. Dagelijkse opdracht aan de gebruiker: Knip de belangrijkste krantenkoppen uit en plak ze bij de Bijbeltekst die het best daarbij past. De bedoeling is dat de krantenlezer gaat ontdekken dat het nieuws van de dag al in de Bijbel is voorzegd.

zaterdag, maart 19, 2011

Basis II

Hoe richt je een commerciele kerk op

·         Je richt een kerk op. De eerste financiering geschied uit eigen middelen. Klein beginnen is het motto;
·         Je legt de nadruk op het uiterlijke vertoon, de marketingstrategie  die zich vooral richt op de presentatie;
·         De inhoudelijke boodschap is er wel, maar is ondergeschikt. Indien nodig pas je die aan je doelstellingen aan. Geld verdienen en groot worden is het doel.
·         Je maakt een werkstructuur waarin de kerk apart staat. Zelf lever je met dienstverlenende BV’s van jezelf of nabije vrienden, diensten aan die kerk. Zo blijven je eigen verdiensten uit de boeken van de kerk. Zelfs bij fondsenwerving voor goede doelen, profiteer je zo van de gelovigen. Ook aan alle nevenactiviteiten lever je diensten. Dat verdient lekker.
·         Je geeft je kerk een wereldlijke indruk. Lekker koffie drinken tijdens de dienst en de verkoop van artikelen die gelovig zijn en/of gelovige kanten hebben. Mensen zullen dit ervaren als “modern” en “anders”;
·         Om mensen te lokken, doe je alsof alles gratis is. Je houd geen collectes. Dat klinkt lekker. Mensen zullen denken dat er eindelijk een kerk is, die niet teert op de zakken van de bezoekers. Nee, jij bent slimmer. Jij hebt zo je omwegen die leiden tot het grote geld.
·         Je vraagt nooit direct om geld. Maar op de tafels en stoelen liggen formulieren waarmee mensen zich financieel kunnen binden.  Jijzelf legt er geen nadruk op. Anderen doen dat jammer genoeg wel. Je suggereert dat je 1/10 deel van je inkomen zou kunnen afdragen. Das een bijbels gedeelte. Aan de rijkeren, die ook in je kerk komen, vraag je dat niet. Het zou toch absurd zijn. Nee, je bent blij als ze je af en toe eens met een bedragje helpen.
·         Je legt geen criteria een, waardoor aspirant klanten zich geremd voelen. De kerk is voor iedereen. Dat moet, want zo hou je de suggestie dat de kerk echt anders is, levend.
·         Je benoemt mensen op essentiële posities. Deze mensen volgen jouw doel en geen ander doel. Mensen die nu, of in de toekomst het een beetje anders willen, zijn niet welkom op sleutelposities.
·         De kerk groeit. Je accepteert het grote verloop. Dit verloop bestaat uit mensen die meer dan een oppervlakkige inhoud zoeken en mensen die ontdekken dat je slechts een oud verhaal naar je hand zette en er alleen maar een nieuw jasje omheen deed.
·         Financiële duidelijkheid geef je niet, althans wel voor de activiteit kerk, maar niet voor de “verdienstructuren” eromheen. Immers je wilt niet dat men bekend wordt met wat jij verdient.
·         De kerk groeit. Er zijn veel mensen die bedonderd willen worden. Je denkt aan nieuwe investeringen. Zelf een nieuwe kerk bouwen is er een van. Het gaat je voor de wind, dus die investering kan er wel af.
·         Dan is er soms kritiek. Er worden vragen gesteld. Je weet dat veel gelovigen met de ogen dicht door zullen geloven. De kritische werk je er gewoon uit. Desnoods leg je aan de blijvers opnieuw uit hoe je kerkje financieel is opgebouwd. Maar je bent weer slim genoeg om je nevenverdiensten te verzwijgen.